Contant 31 jaar 


15 maart 1923

- over CvW, door A. Roland Holst, 15.03.1923*

“Ik had toen [=gisteren] net uw ramen in ‘t Lyceum gezien, wat mij weldadig tot rust bracht na een lang en zwaar gesprek met Van Wessem in verband met de Gids- mogelijkheden. “

*In. A. Roland Holst. Briefwisseling met Richard en Henriëtte Roland Holst, p. 265 (1990)


18 maart 1923

- aan Roel Houwink van CvW, rond 18.03.1923*

- CvW : De Gids, A. Roland Holst
Eenige dagen geleden was A.Roland Holst bij mij. Hij vroeg of ik met hem samen wilde werken aan een reorganisatie van De Gids.** Hij wilde n.b. via mij de jongeren van de uitgetreden groep van Het Getij, die hij momenteel de belangrijkste jonge­ren acht, in De Gids brengen en daartoe eerst een rubriek "Overzichten" in voeren over de moderne letteren. Ik zeide hem dat jij wellicht de moderne Duitsche overzichten zoudt willen verzorgen. De daarvoor benodigde boeken konden door de Gids worden aangevraagd. De Fransche letteren zou ik (als Chasalle) krijgen, de Engelsche Buning, de Hollandsche Poëzie van den Bergh.
Na deze overzichten zou hij dan ons eigen werk ook geleidelijk in De Gids brengen en hij vroeg of dit allemaal via mij zou ­kunnen gebeuren, d.w.z. dat door mij het hele "groep"-verband intact bleef, terwijl hij zich aan mijn advies zou houden.

- produktief
Ik heb zeker geweifeld om iets geheel nieuws te beginnen (wat ik toch nog niet opgeef, vertrouw daar op!). doch de ware reden is een psychisch iets geweest: ik ben den laatsten tijd persoonlijk zeer werkzaam en wil mijn nieuwe productieve kra­cht, welke kracht ik niet wil vergooien, voor iets, dat niet alle zekerheid van slagen heeft. Ik had deze winter een zeer vermoeiende muziek [..?], wat mij dwong economisch met mijn krachten te zijn. Zooals ik je reeds berichtte deed je brief mij veel plezier, vooral omdat er nu eens openhartige dingen gezegd zijn. 
Ik ben aan het eind van de maand weer in Laren. Misschien kom je me dan eens opzoeken.       

*zie voor datering: Tussen twee generaties, brieven A.Roland Holst aan Marsman, Den Haag 1999. p 19 en 20.
**De Gids-vergadering vond plaats op 25 maart 1923 bij J. Huizinga te Leiden.


28 maart 1923

- van A. Roland Holst, Bergen N.H, aan CvW, 28.03.1923

- De Gids
Het resultaat van mijn voorstel ter Gids-vergadering lijkt mij nogal gunstig. De redactie zal gaarne besprekingen van u en de drie anderen ontvangen; zij zullen althans in het begin - natuurlijk als "inzendingen" beschouwd worden, maar ik geloof niet, dat dit tot conflicten zal leiden, tenminste niet als de inzenders in overweging nemen, dat zij voor een maandblad schrijven, dat een algemeen publiek heeft. Ik besprak dat punt reeds met u, en ik geloof wel, dat wij 't daarover eens waren. Een "grensgeval" bleek b.v. het korte stukje over Georg Heym, dat Marsman in "de Nieuwe Kroniek" publiceert. Hij zond dat eerst bij " De Gids" in; ik was er niet tegen (ook niet 100 % voor) maar de rest was ertegen, omdat het voor hen, die van Heym nooit gehoord hadden, geen voldoende helder beeld gaf.

- ex-Getijers
Verder besprak ik ook even de kwestie van het oorspronkelijk werk, en ik legde daarbij nadruk op het groepsverband met een zeker daaruit voortspruitend solidariteitsgevoel. Het spreekt wel vanzelf, dat de redactie zich in hoofdzaak 'afwachtend" stelt, maar ik kan toch wel verklaren, dat men zeer graag inzending van eigen werk zal ontvangen, en dat men in principe voor het plan van een vertegenwoordiging als groep juist in de Gids wel voelt. Ik ben natuurlijk zelf érg benieuwd hoe dit op den duur loopen zal.


1 april 1923

- over CvW, A. R. Holst aan Marsman, Bergen, 01.04.1923

- De Gids-kwestie
Nu die Gidskwestie: de Februari-vergadering was te Rotterdam [noot 1: 10 februari 1923], maar ik stapte onderweg te Leiden uit en had eerst een onderhoud met Huizinga, om hem te verzoeken een bespreking ter vergadering van een eventueel uit de redactie treden te vermijden, maar tegelijk om hem te zeggen, dat ik vrijwel het besluit genomen had binnen kort uit de redactie te treden. Ik legde hem uit waarom ik vond, dat - hoofdzakelijk door de stand van de litteratuur - mijn redacteur-zijn weinig of geen zin had, en verder mijn bezwaren tegen de Gids, voornamelijk het ontbreken van overzichten van wat in de groote buitenlandse litteraturen verschijnt. Ik wendde mij tot hem, omdat hij - hoewel hij zich steeds gereserverder en afwerender stelt tegenover ‘het moderne’- toch de redacteur is bij wien ik mij het dichtst voel. Hij begreep wel wat ik bedoelde, maar vond toch, dat ik niet gerechtigs was zulk een besluit te nemen voor ik een poging had gedaan ‘de Gids’ te reorganiseren. Dit moest ik hem ten slotte wel toegeven.

- ontmoeting CvW; nieuw tijdschrift met ex-Getijers
Ziehier nu mijn poging tot zulk een reorganisatie: je weet waarschijnlijk, dat er een plan bestond tot oprichting van een nieuw tijdschrift onder redactie van [Werumeus] Buning, v. Wessem en Nijhoff, en waarin zich de ex-Getijers zouden vereenigen. Ik wist dat vooral Nijhoff en Buning zich voorstelden hiervan vóór alles een tijdschriftje te maken, dat een goed overzicht zou geven van wat er belangrijks gebeurt in de Fransche, Engelsche en Duitsche litteraturen, maar dat v. Wessem eigenlijk de actieve figuur was; verder, dat de kansen van dat tijdschrift verder verkeken waren. Ik heb toen in A’dam een conferentie met v. Wessem gehad, waarvan het resultaat is (nadat hij er weer met de ex-Getijers over sprak), dat wij zullen trachten deze groep geleidelijk en áls groep in de Gids onder te brengen.

- groepsverband; algemeen publiek
Natuurlijk worden zoowel besprekingen als eigen werk als inzendingen beschouwd, maar dat verwachtte ook v. Wessem niet anders. Ik denk wel, dat het je genoegen zal doen dit plan in werking te zien treden, want je zult het ook wel eens zijn, dat de nieuwe strooming juist als strooming gegeven moet worden. De anderen van de groep zijn dan natuurlijk Kelk, de Vries, Slauerhoff en Hondius.
Ik heb er bij v.W. sterk de nadruk op gelegd (en hij begreep dat volkomen) en ik doe ‘t bij jou nog eens: dat een bespreking in een tijdschrift als ‘de Gids’ geschreven moet zijn voor een algemeen publiek, zóó, dat ook een niet-litterator er een beeld door krijgt van het besproken boek, dus niet zooals b.v. Houwink schreef over moderne dichters in de N. Kroniek.

**In: Tussen twee generaties; Briefwisseling A.Roland Holst en Marsman (1922-1940) p.19 (1991)


23 april 1923

- aan Roel Houwink van CvW, Laren 23.04.1923

- De Gids
Ik heb je stuk, dat me heel goed leek (vooral ook om de stand­punt uiteenzetting in het algemeen ten behoeve van de oude Gids-redactie-pruiken) doorgezonden naar Roland Holst.

- De clowns en de fantasten
Ik ontving ook in dank "de clowns" terug en je oordeel daarover. Ik geloof tenslotte dat het in de waardering toch een standpunt-kwestie zal blijven: je neemt ze / en blijft ze nemen / te zwaar. Wat zou het als het nu eens een serie prent­kaarten was - Ik laat ze zelfs illustreren! Voor mij is de Ideeën dialoog niet het beste stuk en de vertaling van Slauerhoff niet strak, niet schematisch-onverbiddelijk genoeg (evenals het Stiergevecht het slechtste is dat ben ik wel met je eens, te veel "Spie­lerei".

-tegen de bourgeoisie
Ik geloof dat het altijd gevaarlijk is vooruit over je werk aanwijzingen te geven. Ik heb misschien te veel het "tegen" de literaire bourgeoisie van dit werk geaccentueerd. Kunnen spelen is de hoogste kunst, dat vergeet men in het zware Nederland, waar dit literair helemaal niet kan, liefst zoveel mogelijk. Kelk en ik willen in onze toneelstukken, die niet alleen opgevoerd, maar ook gespeeld (niet alleen in technische zin!) kunnen worden. Ook zal dat te zien zijn in "De moder­ne avonturiers", die ik thans schrijf.


25 april 1923

Constant 32 jaar


mei 1923

- van Slauerhoff aan Frederik Chasalle, mei 1923

- nieuw tijdschrift
Duidt mijn overijlde briefkaart nog niet. Maar net als een mensch ongeduldig wordt heb jij ‘t altijd voor elkaar. Je hebt dan moeite genoeg gedaan, naar ‘t resultaat zul je niet beoordeeld worden. Ik ben ook zéér tegen “Smidse”. Dan nog liever De Schorpioen.

Weer eens over de tijdschriftnaam gedacht, kun je ‘t niet noemen .... Vogue. Anders niet. Zoek anders Franse titels en bedenk daar en variant op.  

- nieuw tijdschrift: p.r., werk Slauerhoff
Nogmaals Confiteon voor mijn ongeduld, maar ik zit hier ook zo afgescheiden, dan doleer je wel eens! Heb je nog nieuwe circulaires? Geef ‘t adres van Hondius op! Ik wil hem condoleeren. Kun je geen advertentie zetten dat ex abonnés van ‘t Getij en van E. Gr[oenevelt] reductie zullen genieten? Je moet als redacteur elk voorstel ook schijnbaar dwaze van je medewerkers overwegen.
Je kunt veranderen zooveel je wilt, noodig acht. Als je iets voor de uitgeverij hebt, hoor ik het dan toch ook direct?
Hierbij de comte.ass [?] die ik zonder de kennis van jouw Clowns en Fantasten nooit had kunnen maken. Hoop dat ik een goede beurt heb gemaakt cher maistre Chasalle.


17 mei 1923

- aan Roel Houwink van CvW, 17.05.1923

Nog wel hartelijk dank voor de goede en gastvrije koffiedis aan twee natte poedels zondag voorgezet. (...) [op de terugweg droog gehad. [Fietstocht naar R.H. Prins Hendriklaan 36, Zeist.]

- Hondius; jongenswerk
Ik heb met zeer veel waardering je stuk over Hondius doorgele­zen. Wat je over Sebastiaan schreef leek mij zeer juist. Voor "Mens­ch" heb je te veel consideratie dunkte me. Dit "weerloos sentiment" zoals je het terecht noemt, is onuitstaanbaar "pedant" bovendien. "Mensch" is ondanks het vele mooie gevoel­de en oprecht er in, echt jongens-werk! Ook de pedanterie ervan is echt jongensachtig: de humbug-erotische meerderheid tegenover dat onderwijzeresje! "Sebastiaan" is werkelijk weerloos, maar daarin edel als een zachte glimlachende melan­cholie.
- Ik heb het werk geheel met Hondius meegeleefd. Zul je geloven, dat de bladzijden 34 en 35, 47, 48, 49, 50, 52, 52! en de laatste drie geheel door mij geschreven zijn? (Chasalle is wezenlijk een kameleon, een music-hall-goochelaar). Maar bewaar dit geheim tegenover de buitenwereld s.v.p.

- CvW ongepubliceerd
"De man, die zichzelf begroef" heb je, geloof ik, met gemengde gevoelens aangehoord. Het is inderdaad een farce; maar laat een farce ook een kunstwerk zijn! Een toneelspeler, die ik het in Laren voorlas, was er dol enthousiast over, en wilde het absoluut met enige collega's gaan opvoeren op een der Kring avonden als het niet anders kon.
Nu, beste, over enige dagen zit ik in 'la Ville Lumière".
Tot slotte nog de mededeling, dat de uitgave van het tijd­schrift "De Vrije Bladen" verschenen* is en door Van Looy ten spoedigste ter hand wordt genomen. Het eerste nummer zal in september verschijnen. wil je je stuk over de Duitse letteren voor ons bewaren?

*De Vrije Bladen verschijnen in 1924


4 juni 1923

- aan C.J. Kelk van Chasalle, Parijs 04.06.1923

- Cocteau, commedia dellarte
Ik vermaak mij kostelijk in het edele Parijs. Ik zag onlangs de opvoering van "Les Mariés de la Tour Eiffel", “schematisch balletdrama” van Jean Cocteau, dat was buitengewoon aardig, en uitstekend geënsceneerd. Er is hier ook een theater, dat wij moesten kunnen bezitten, voor onze stukken, het is precies wat wij wensen. "L'Italien" heet het. Je reinste "commedia del'arte" en toch uitstekend gespeeld alles.

- Ubu
Ik ben hier de tekeningen machtig geworden voor 'Ubu' bij de opvoering verleden jaar, in het theater de "L'oeuvre". Wel aardig, maar een beetje te netjes, dunkt mij. De tekeningen van Jarry zijn beter.
Schreef ik je, of liever, zeide ik je al, dat van Looy de "Don Juan" gaarne in overdruk zal uitgeven?


4 juni 1923

- van Catharina van Rennes* aan CvW, 04.06.1923

- Telegraaf; gunst
'k Weet wel dat de muzikale sferen, waarin uw geest tegenwoor­dig door de Telegraaf spreekt, van geheel andere, véél moder­ner aard zijn dan wat die dame in de bovenhoek van die bladzij produceert; maar tòch waag ik het u een vriendelijkheid te vragen, uit oude relaties, toen ik af en toe op die Reguliers­grachtkamer een liedje kwam brengen voor uw ouwe trouwe Am­sterdammer; weet u 't nog?
Bijgaand Program zal u inlichten waar 't om gaat.
Cath.v. R. verwacht niet dat CvW er 2 uur naar zal willen luisteren, maar vraagt hem om een gunst:
Toe, zet een klein - maar animerend entrefiletje in uw krant, en releveer 't feit van die uitvoering 's even. En noem een paar van de nummers die ik weet dat in de smaak zullen vallen. Schubert's Allmacht bv. dat meesterstuk van compositie.
Enfin - ik hoop op uw generositeit. Zulke uitvoeringen in 't Concertgebouw! (...) Tovert U mij eens de zaal vol..... (brut­aal hè?) Het concert betreft klassen van Cath.v. R., ook met kinderkoren. Uw oude lastpost.

*Catharina van Rennes (1858-1940), componiste en zangpedagoge.


7 juni 1923

- van Kelk aan CvW, Parijs, 07.06.1923, in: Kelk, Ik keek alleen,1968

“Hoe haakt mijn hart naar de verkwikkingen van vin rouge et blanc, demi, goblet, apéritif, etc.,etc. Zo’n rampzalige drinkebroer. Voorts naar de levendige tonelen Uwer heerlijke wereldstad! ... Ik ben van plan wat te gaan doen aan ‘la cour des Scots’.... Ik was zelfs op de bruiloft van mijn ouders Thomasvaer. Wij moeten over tien jaar in alle hoofdsteden ter wereld een theater bezitten. Daar gaat niets van af. Het moet en kan, als we maar willen.”


18 juni 1923

- van Slauerhoff aan CvW, 18.06.1923, gericht aan Chasalle

- Oceaannacht, Sylphide
Dank voor je opwekkende briefkaart, waaraan ik reeds gevolg heb gegeven voordat hij er was. Hoe vind je Oceaannacht nu, schrijf eens wat je ervan denkt, vooral van mijn nieuwe stukken, mijn laatste productie. Voor de Sylphide ben ik bezig aan een stuk getiteld: Gegroet (groet) van Johannes Batistz. Zijn zoon Paul aan de Sylphide. (...)  Hierbij een stuk Archipel.

- CvW berooid
Het is niet veel nog, maar misschien kun je ermee naar van Kampen gaan, wiens beslissing we liefst vooruit moeten weten. Als hij toestemt in mijn uitgave, kun je er vast zeker van zijn dat hij het ook voor jou doet. (...)
Het zal wel afhangen van het percentage dat de arme auteur wil houden, wat dat betreft heb je vrijheid van beslissing. De prijs schijnt toch mee te vallen. Voor papier en de helft van de druk moet ik f 35.00 storten. Dus hoogstens totaal f 70.00, dat is te doen. Dus misschien gaat het ondanks je berooidheid, vooral als Van Kampen zeker is. Als de proeve te weinig in omvang is neem dan een paar getijen mee.
-Veel concerten tegenwoordig? Van ‘t geraaskal van Pijp[er] trek je je natuurlijk niets aan. Hoe raakte je in Utrecht verzeild? Met Marsman wou ‘t nog niet boteren, wel?


23 juni 1923

- van Kelk aan CvW, Parijs, 23.06.1923, in: Kelk, Ik keek alleen,1968

“Ik schiet niet erg op met het werk en ik heb zo’n ellendig toneel geschreven voor de ontvangst der hertoginnetjes, dat het op niks lijkt. Maak dus maar geen plannen om héél lang he verblijf in P. te rekken. Anders zal de Muze sterven.”  Ik verheug mij erop dat ik kans heb dit jaar Parijs weer te zien!.”


augustus 1923

- van Slauerhoff aan Chasalle ongedateerd, waarschijnlijk augustus 1923

‘t wordt tijd dat je eens de groeten krijgt van Corbières geboortegrond.
‘t Is hier ook wel wat ontwijd door vreemdelingen, toch ook bekoring.


20 augustus 1923

- over CvW, 20.08.1923, in: M. Nijhoff. Brieven aan mijn vrouw.

Van Stan en Jobs kreeg ik brieven die ik hier bij insluit. Stan heeft Jobs weer bepraat, taaie dwerg met zijn mompelende overredingskracht. Ik weet niet goed hoe het in te kleeden, maar ik doe nu positief niet mee. Ik denk nog maar eens aan Van Looy te schrijven, waarom ik van hem nog geen antwoord kreeg. ‘De jongeren’ kunnen verrekken.


11 september 1923

- aan Roel Houwink, Zeist, van CvW, Laren, 11.09.1923, afz. Chasalle

Kun je amice Kelk en mij fietsende, zaterdag op de koffie hebben?


12 september 1923

- aan Roel Houwink van CvW, Laren, 12.09.1923

- over Roel Houwink
Je werk heeft een "toon", zoals ook, hoewel anders, b.v. Sebastiaan van Hondius een "toon" heeft. Maar door deze toon is er juist iets passiefs in, en ben je zelf wat te zeer gefascineerd, dunkt mij, ook je vrijere lots- en beeldvorming, die ik wat minder van den Berghisch en Marsmansch" zou wensen, is in de kern een omsluiting van deze toon. Daarom vind ik in je werk: een passieve bedding op een actief ritme. Dit lijkt voor oppervlakkige lezers op een eentonige herhaling. - Toch, getroffen heeft mij je werk zeker, zoals ook veel in de verzen van Marsman mij bij nadere kennismaking getroffen heeft.

- over Dirk Coster
De nieuwe avond van Coster las ik. Een mooi woord "mense­lijkheid", alleen de menselijkheid die Coster wil zien: temperamentskunst uit psychische teleurstelling. Dat men uit iets anders dan uit psychische verdeeldheid kan schrijven, ontgaat hem en  lijkt hem koud, aanmatigend, gewild -modern.
Van de "toon" in Sebastiaan - en deze "toon" is meer waarachtig dan de gladste compositie - heeft hij natuurlijk niet gehoord: hij ziet slechts het beeld.


6 november 1923

- van M. Nijhoff aan CvW, 06.11.1923

- DVB, ergernis Nijhoff
Eerlijk gezegd, heb ik me aan de circulaire v/h tijdschrift wel wat geërgerd. Het moet minder op een voortzetting van het Getij lijken, en niet al de genoemde namen strekten ter aanbe­veling. Nog minder moet het 't air hebben van een concurren­tie van Groenevelt's blaadje! - Zouden we wachten tot Kloos dood is? of tot Coenen zich in het landleven geheel heeft teruggetrokken? Doet Van Krimpen nog mee? (in ruil voor een advertentie-pagina voor zijn Palladium-uitgaven)
Veel groeten aan Zus. [Ursula Oyens, vrouw CvW]  
Netty schreef me, dat ze het zo jammer vond, dat jullie uit Laren weg waren. Dat is ook onaardig! Veel groeten, je Pom


5 november 1923

- van M. Nijhoff aan CvW, ongedateerd, voor 06.11.23

- literatuur / muziek
Morgen stuur ik je L'histoire du soldat [van C.F. Ramus, muziek Igor Starwinsky, later vert. door N. , 1934], Satie en Poulenc. (samen 28 frs.). Morgen stuur ik je misschien ook al Oxmelin en Jarry. (Tusschen haakjes, volgende maand wordt Ubu hier in marionetten opgevoerd)*.

Cocteau, la cape d.l. Esperance kan je alleen nog krijgen in een prachtuitgave van 50 frs. Schrijf dan even. Monsieur Croche van Debussy is onvindbaar.

- jongeren; modernen
Ik was blij iets van het tijdschrift te vernemen. Maar zooals de plannen nu lijken, schijnt het mij beter om dit schriftuur eens of hoog­stens 2 x per jaar te doen uitkomen, en dan te vergelijken met de voortreffelijke Insel-Almanak. Het zou dan ook moeten heeten de Almanak. Maar in Gods Naam geen etiket met het woord "jongeren", een afgrijselijk Germanisme voor "modernen".
Sinds verleden week bevalt Parijs me in-eens meer dan ooit. Ik heb mijn draai in mijn kring gevonden, en ik voel een aanhou­dend nauwelijks voelbaar inwendig geluk, terwijl het hier nacht en dag wordt.

*Zie ook M. Nijhoff, Brieven aan min vrouw: p.118 over de maakster van de marionetten, Vaszilieff.


november 1923

- van M. Nijhoff aan CvW, ongedateerd, Parijs, waarsch. half november

Vanmorgen heb ik je Oxmelin en Jarry verzonden.
Je geld is allang overschreden. Ik krijg nog zowat frs. 40.- van je, als ik me niet vergis. De muziek en Jarry hebben het duur gemaakt. Over den teekenaar kan ik je nog niets zeggen. Maar volgende week ontmoet ik een paar schilders, en misschien dat die dan wat weten.
Opeens is het hier heerlijk weer geworden. En dan gaan in-eens de harten ontijdig botten. Vandaag ga ik naar een avond, uitsluitend aan Milhaud gewijd. Ach, was ist das Leben schön.


december 1923

-van M. Nijhoff aan CvW, ongedateerd, na 06.11.1923

Morgen kan ik onmogelijk in Amsterdam komen, maar spreek nu met Jobs een avond af in de 1e week van Januari! Overdag kan ik nooit meer, mijn heele leven niet meer. Overhaast toch in gods naam je plannen niet; en beleg geen medewerkers-vergade­ringen zonder éen van je redacteuren. Ik schreef je al eens uit Parijs: wacht tot Kloos dood is of tot Groenevelt failliet gaat.
Laten we nu afspreken voor de eerste week van Januari: dan hoop ik me weer energiek te voelen.
van Januari: dan hoop ik me weer energiek te voelen.