Over oorlog, verzet, inhalige boeren 

We hebben eigenlijk niet zooveel geleerd, d.w.z. zeer velen hebben dezen tijd als lastig, maar ook als zeer voordelig ervaren. Er is enorm aan de omstandigheden, waarin wij moesten leven, verdiend. Niet enkel de zwarte handelaren. Ook onder hen die zich “goede Nederlanders”wilden laten noemen en “helpen”. Onder hen, die onderduikers hielpen of vluchtelingen of evacué’s heeft een zeer groot gedeelte het eigenbelang niet vergeten. Men liet zich voor het meer of mindere risico dat men liep goed betalen. De boeren, want meestal dook men onder op het platteland, hebben hun zak of hun brandkast goed gevuld met wat noodgedwongen de onderduikers aan hen moesten betalen. Gevallen dat voor een Joodsch kind f .8 per dag gevraagd en betaald werd, zijn helaas verre van zeldzaam geweest. En de onderduikers, die vaak de boer bij zijn werk hielpen, spaarden een knecht uit, die bovendien nog geld toegaf. De belasting zal scherp moeten toezien, dat deze boeren het door hen verschuldigde, niet ontduiken: zij behooren tenminste een flinke portie van het van hun medemenschen uit de stad geroofde in de vorm van belasting aan de gemeenschap terug te betalen. Ik heb geen erge hooge dunk leeren krijgen van den boer, den besten niet te na gesproken. Maar het meerendeel is enkel op zijn voordeel uit geweest.